Jan wordt bij een bedrijf aangenomen als manager operationele zaken en krijgt een arbeidsovereenkomst voor twaalf maanden. Helaas functioneert Jan niet op het niveau dat de werkgever verwacht en om die reden wordt er na vier maanden afgesproken dat Jan ander werk gaat doen. Jan gaat zich – zonder aanpassing van de arbeidsovereenkomst – als medewerker binnendienst bezig houden met klantcontact, het uitwerken van offertes en andere voor de hand liggende werkzaamheden. Drie maanden voordat het dienstverband afloopt meldt Jan zich ziek waarna hij ziek uit dienst gaat en van UWV een Ziektewetuitkering krijgt.
Zijn arbeid
Bij het beoordelen van het recht op een Ziektewetuitkering moet UWV bepalen of iemand ziek is voor ‘zijn arbeid’, dit kun je terugvinden in artikel 19 lid 1 en 4 Ziektewet. Maar wat is in het geval van Jan ‘zijn arbeid’? Moet UWV uitgaan van het werk waarvoor hij is aangenomen en wat arbeidsrechtjuristen de ‘bedongen arbeid’ noemen of gaat het om het werk dat hij daadwerkelijk deed voor de eerste ziektedag?
In 2023 heeft de Centrale Raad van Beroep – de hoogste rechtbank voor sociale zekerheidskwesties – over deze vraag geoordeeld. De Raad stelt dat het niet van belang is of de feitelijk verrichte arbeid in overeenstemming is met de bedongen arbeid. Oftewel: bij het beoordelen van ‘zijn arbeid’ geldt als maatstaf het werk dat iemand daadwerkelijk voor het intreden van de arbeidsongeschiktheid deed en niet per se het werk waarvoor iemand is aangenomen. In het geval van Jan is dus niet de functie manager operationele zaken maar de functie medewerker binnendienst ‘zijn arbeid’ voor de Ziektewet.
Omdat Jan na 44 weken nog steeds arbeidsongeschikt is voor ‘zijn arbeid’ doet UWV een Eerstejaars Ziektewetbeoordeling. Tot grote schrik van Jan beëindigt UWV vervolgens zijn Ziektewetuitkering omdat hij wel arbeidsgeschikt is voor ander werk en hiermee meer dan 65% van zijn oude loon kan verdienen. Hierdoor heeft hij geen recht meer op een Ziektewetuitkering. Een ziektewetuitkering kan namelijk alleen worden voortgezet als je minimaal 35% arbeidsongeschikt bent voor gangbare arbeid. UWV laat Jan weten dat hij een WW-uitkering kan aanvragen. Jan vindt echter dat hij helemaal niet kan werken.
‘Zijn arbeid’ na beëindiging Ziektewetuitkering
Geregeld ontvang ik mailtjes van mensen waarvan de Ziektewetuitkering na één jaar door UWV is beëindigd omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn. Zij kunnen een WW-uitkering aanvragen waarbij het mogelijk is om je opnieuw ziek te melden. UWV zal dan wederom moeten beoordelen of iemand ziek is voor ‘zijn arbeid’. Maar wat is ‘zijn arbeid’ als een Ziektewetuitkering is beëindigd en je je vanuit de WW ziek meldt?
Om opnieuw vast te stellen of iemand ziek is voor ‘zijn arbeid’ en dus weer recht op een Ziektewetuitkering heeft geldt dat iemand arbeidsongeschikt moet zijn voor de drie functies die de arbeidsdeskundige van UWV bij de Eerstejaars Ziektewetbeoordeling heeft geduid. Deze functies zijn aan te merken als gangbare arbeid en gelden in dit geval als ‘zijn arbeid’. In 2022 heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld dat alle drie functies afzonderlijk getoetst moeten worden. Voor deze uitspraak weigerde UWV een Ziektewetuitkering te verstrekken als iemand arbeidsgeschikt was voor tenminste één functie. Volgens de Centrale Raad van beroep zou dit mensen die zich opnieuw ziek melden te weinig rechtszekerheid bieden. Goed om te weten: een arbeidsdeskundige mag bij een nieuwe ziekmelding en het toetsen van ‘zijn arbeid’ geen functies bijduiden als blijkt dat je voor een of meer functie(s) arbeidsongeschikt bent.
Er is dus sprake van een strenge toetsing op basis van ‘zijn arbeid’, waarbij ‘zijn arbeid’ na het beëindigen van een Ziektewetuitkering verandert. Dit betekent in de praktijk dat UWV geregeld nieuwe ziekmeldingen vanuit de WW weigert. Meld jij je ziek na beëindiging van een Ziektewetuitkering? Zorg er dan voor dat je je ziekmelding goed onderbouwt en aantoont dat je geen arbeidsmogelijkheden hebt voor ‘zijn arbeid’ (de drie door een arbeidsdeskundige geselecteerde functies).
Nieuwe ziektewetperiode
Accepteert UWV de ziekmelding omdat je arbeidsongeschikt bent voor ‘zijn arbeid’? Dan begint er een nieuwe Ziektewetperiode. Er is geen sprake van het verlengen van een eerder beëindigd Ziektewetrecht. Dit betekent dan ook dat je pas voor een WIA-uitkering in aanmerking kunt komen na 104 weken Ziektewet en er dus geen sprake is van een samengevoegde Ziektewettijd.
Bezwaar maken tegen een UWV-besluit
Ben je het niet eens met het beëindigen van je Ziektewetuitkering? Dan kun je hier bezwaar tegen maken. Deze procedure vraagt om specialistische kennis en het is aan te raden om hier een deskundige voor te raadplegen. Op deze pagina vind je meer info.