Werknemers die ziek zijn hebben recht op doorbetaling van hun salaris gedurende een periode van 104 weken, de zogeheten wachttijd. Wie bijna twee jaar ziek is kan uiterlijk in de 93e ziekteweek een WIA-uitkering aanvragen bij UWV. Voordat UWV een WIA-aanvrager beoordeelt en de mate van arbeidsongeschiktheid en het recht op een WIA-uitkering vaststelt wordt eerst het re-integratiedossier door een arbeidsdeskundige van UWV beoordeeld. Dit leidt geregeld tot een loonsanctie voor de werkgever. In deze blog geef ik hier uitleg over.
Beoordeling re-integratie
Zoals je hebt kunnen lezen toetst UWV bij de WIA-aanvraag allereerst het re-integratiedossier. Deze verplichte toetsing heet de RIV-toets of Poortwachterstoets en is vastgelegd in artikel 65 WIA waar het volgende staat: “Het UWV beoordeelt of de werkgever en de verzekerde dan wel de eigenrisicodrager, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Ziektewet en de personen, bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdelen a, b en c, van die wet, die laatstelijk tot hem in dienstbetrekking stonden in redelijkheid hebben kunnen komen tot de re-integratie-inspanningen, die zijn verricht.” De focus ligt bij de RIV-toets op het behaalde resultaat.
De toetsingsvolgorde:
-
- Is er sprake van een bevredigend re-integratieresultaat?;
- Zo nee, zijn de re-integratie-inspanningen voldoende?;
- Zo nee, is daar een ‘deugdelijke’ grond voor?;
- Zo nee, is het mogelijk om de tekortkomingen te herstellen?
UWV toetst de re-integratie-inspanningen en behaalde resultaten volgens een vast protocol. De Beleidsregels beoordelingskader poortwachter en de Werkwijzer Poortwachter zijn daarbij leidend.
Is UWV niet tevreden over het resultaat of over de inspanningen waardoor er re-integratiekansen zijn gemist? Dan legt hij een loonsanctie* op aan de werkgever. Het doel van de loonsanctie is om werkgevers te stimuleren zich maximaal en serieus in te zetten voor de re-integratie van een zieke werknemer. Een loonsanctie mag conform vaste rechtspraak tot de laatste dag van de wachttijd worden opgelegd. Hierna kan hij door werkgevers met succes bestreden worden.
* De term loonsanctie komt niet voor in wetgeving, de juridische benaming is verlenging loondoorbetalingsverplichting.
Bevredigend re-integratieresultaat
Zoals je in bovenstaande opsomming kunt zien is de eerste vraag die een arbeidsdeskundige van UWV moet beantwoorden de vraag of er sprake is van een bevredigend re-integratieresultaat. Voor veel mensen is het onduidelijk wat hiermee bedoeld wordt. Daarom ga ik hier kort op in.
Er is volgens UWV sprake van een bevredigend re-integratieresultaat als een zieke werknemer structureel aan het werk is in passend werk met een loonwaarde van 65% of meer. Het maakt niet uit of dit bij de eigen werkgever of een andere werkgever is. Een belangrijke voorwaarde is dat de werkzaamheden na 104 weken ziekte voortgezet kunnen worden en niet alleen passend zijn in het kader van re-integratie. Er moet echt sprake zijn van structurele werkhervatting. Kortom: je bent aan het werk en kunt blijven werken in werk dat past bij je omstandigheden en je verdient hiermee minimaal 65% van je oorspronkelijke loon (of kunt dit op korte termijn gaan verdienen).
Kan het (passend) werk – waarmee je minimaal 65% loonwaarde hebt – niet blijvend worden aangeboden? Dan zal UWV hoogstwaarschijnlijk oordelen dat er geen sprake is van een bevredigend re-integratieresultaat. In dat geval gaat de arbeidsdeskundige met zijn of haar onderzoek verder door de re-integratie-inspanningen te beoordelen.
Loonsanctie
Een door UWV opgelegde loonsanctie geldt voor maximaal 52 weken. Dit betekent dat jouw werkgever maximaal één jaar loon moet doorbetalen en verantwoordelijk blijft voor de re-integratie(kosten). Als werknemer mag je tijdens deze sanctieperiode niet ontslagen worden, het opzegverbod is namelijk automatisch verlengd zolang de loonsanctie van kracht is. Werkgevers die het niet eens zijn met de loonsanctie kunnen hier bezwaar tegen maken. Dit haalt zelden iets uit: ongeveer 10% van de bezwaren die betrekking heeft op een loonsanctie wordt gegrond verklaard. De meeste loonsancties blijven na een bezwaarprocedure gewoon in stand.
85% van de tekortkomingen in de re-integratie betreft het niet, te laat of verkeerd oppakken van de re-integratie door de werkgever.
Bron: UWV
Heb je twee werkgevers en ben je bij beide werkgevers uitgevallen? Dan legt UWV alleen een loonsanctie op als beide werkgevers sanctiewaardig zijn bevonden. Levert één van de werkgevers voldoende re-integratie inspanningen en de andere niet? Dan zal UWV geen loonsanctie opleggen.
Loonsanctieperiode verkorten
De loonsanctieperiode kan worden verkort als de werkgever het nodige heeft gedaan om de re-integratie vlot te trekken. Zodra dit het geval is kan jouw werkgever een bekortingsverzoek indienen bij UWV. UWV moet dan binnen drie weken na ontvangst van het bekortingsverzoek vaststellen of de tekortkomingen zijn ‘gerepareerd’. Is dit het geval? Dan wordt de loonsanctie beëindigd, maar niet direct. Er geldt een uitloopperiode van zes weken.
Gevolgen loonsanctie voor werknemer
Legt UWV een loonsanctie op aan jouw werkgever? Dan heeft dat in zekere zin gevolgen voor jou als werknemer. Gedurende de periode van de loonsanctie zal UWV namelijk geen WIA-beoordeling doen, geen besluit nemen over de uitkering en dus ook geen WIA-uitkering verstrekken. De WIA-aanvraag wordt namelijk gepauzeerd. Sommige werknemers vinden dit fijn, anderen vinden dit vervelend omdat ze uitzien naar duidelijkheid over een WIA-uitkering. Wordt de loonsanctie na verloop van tijd opgeheven en is er nog steeds sprake van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid? Dan wordt de gebruikelijke WIA-procedure voortgezet: als werknemer zul je door een verzekeringsarts worden beoordeeld en het arbeidsongeschiktheidspercentage en het eventuele recht op de WIA-uitkering zal worden vastgesteld. Het opzegverbod komt nu te vervallen. Dit betekent dat ontslag mogelijk is.
▼ Klik hier voor aanvullende en verdiepende informatie
UWV legt geregeld loonsancties op, in ongeveer 10% van de gevallen. De meeste loonsancties worden opgelegd aan onderwijsinstellingen, de overheid, financiële dienstverleners en zorgorganisaties. Veel voorkomende redenen voor een loonsanctie zijn gebrekkige of te late re-integratie-inspanningen in spoor één of het te laat inzetten op re-integratie tweede spoor. Hiervoor legt UWV een inhoudelijke loonsanctie op.
Voordat een loonsanctie daadwerkelijk wordt opgelegd, wordt deze eerst voorgelegd aan de Landelijke Loonsanctie Commissie. Deze commissie toetst of de op te leggen sanctie past binnen de grenzen van redelijkheid, of hij voldoende beargumenteerd is en of er voldaan is aan de benodigde verplichte procedures. Uiteindelijk geeft de commissie een bindend advies.