UWV mag asielzoekers niet langer een werkvergunning weigeren als zij meer dan 24 weken per jaar willen werken. Dit heeft de Arnhemse rechtbank gister bepaald. Met de huidige regeling mogen asielzoekers maximaal 24 van de 52 weken per jaar werken. De rechtbank oordeelt dat deze beperking in strijd is met het (Unierechtelijk) doeltreffendheidsbeginsel.
Procedure
De uitspraak is het gevolg van een procedure die werd aangespannen door een jonge asielzoeker uit Nigeria en zijn werkgever. De asielzoeker wilde na het eindigen van zijn werkvergunning van 24 weken bij zijn werkgever blijven werken. UWV weigerde echter een nieuwe werkvergunning af te geven omdat asielzoekers maximaal 24 weken per 52 weken mogen werken. Volgens de werkgever en de werknemer is de Nederlandse regelgeving in strijd met de Europese opvangrichtlijn.
UWV
UWV stelde zich tijdens de procedure op het standpunt dat een (verdere) uitbreiding van de mogelijkheden tot werken een signaal zou kunnen afgeven dat permanent verblijf in Nederland mogelijk is. Ook zou de terugkeer van asielzoekers worden bemoeilijkt op het moment dat zij tijdens hun asielprocedure een (langdurige) arbeidsrelatie opbouwen. Dat zou volgens UWV in strijd zijn met het doel van de wetgever om een restrictief toelatingsbeleid te voeren.
Oordeel
De rechtbank is van mening dat de 24-wekeneis effectieve toegang tot de arbeidsmarkt onnodig beperkt en daarmee in strijd is met de Opvangrichtlijn. Om die reden bepaalt de rechtbank dat deze eis onverbindend is. Dit betekent in de praktijk dat UWV niet langer een aangevraagde werkvergunning mag weigeren als asielzoekers langer dan 24 weken willen werken.
UWV kan in hoger beroep tegen de uitspraak.
Uitspraak: ECLI:NL:RBDHA:2023:5458
[Update 16 mei 2023] UWV gaat in hoger beroep.