Wie het niet eens is met een beslissing van het UWV kan hier bezwaar tegen maken. Dit is een officiële procedure die vastligt in de Algemene wet bestuursrecht maar zeker niet geheel zonder risico is. Daar kwam een voormalig WIA-uitkeringsgerechtigde in de praktijk achter. Haar bezwaar leidde tot een behoorlijke daling van het arbeidsongeschiktheidspercentage met als gevolg dat de WIA-uitkering werd stopgezet.
Casus
In deze casus draait het om een verkoopster die zich vanuit de WW heeft ziekgemeld vanwege psychische klachten. De vrouw krijgt eind 2016 een WIA-uitkering toegekend op basis van 42,79% arbeidsongeschiktheid. Tegen dit besluit maakt zij bezwaar. Het UWV herroept het besluit onder verwijzing naar een rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep en een rapport van een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep. Er wordt o.a. een nieuw maatmaninkomen vastgesteld, omdat de primaire arbeidsdeskundige niet de juiste referteperiode bleek te hebben gehanteerd. Als gevolg van de nieuwe beoordelingen daalt het arbeidsongeschiktheidspercentage van 42,79% naar 11,3% waardoor de vrouw geen recht meer heeft op een WIA-uitkering. Die wordt dan ook door het UWV beëindigd.
Rechtbank
De vrouw is het er niet mee eens en tekent na een verloren bezwaarprocedure beroep aan bij de bestuursrechter. Helaas voor haar verklaart de rechter het beroep ongegrond. Wel geeft de bestuursrechter aan dat het UWV iets zorgvuldiger had kunnen handelen. Dit heeft echter geen effect op het oordeel.
Volgens de vrouw heeft de verzekeringsarts van het UWV niet alle informatie bij het maken van zijn besluit betrokken en is zij naar eigen zeggen zwaarder beperkt, met name op de items vasthouden en verdelen van aandacht. De rechtbank ziet echter geen aanleiding om te twijfelen aan het verzekeringsgeneeskundig en arbeidsdeskundig oordeel.
Hoger beroep
Ze laat het er niet bij zitten en gaat in hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep in Utrecht. Maar ook deze procedure verliest ze. De Raad is het eens met het oordeel van de rechtbank en de aan dit oordeel verbonden overwegingen. Dit betekent dat er geen reden is om te twijfelen aan de juistheid van de conclusie van de verzekeringsarts. Ook zijn de geduide functies – gelet op de aan deze functies verbonden belastende factoren – in medisch opzicht passend.
Belangrijke les
Deze uitspraak toont voor de zoveelste keer aan dat het maken van bezwaar niet zonder risico is. Dit realiseren mensen zich onvoldoende. Het komt regelmatig voor dat een uitkering wordt beëindigd nadat het UWV een nieuw besluit heeft genomen dat in het nadeel is van de bezwaar makende partij. Jurisprudentie maakt duidelijk dat als er geen reden is om aan te nemen dat het verzekeringsgeneeskundig of arbeidsdeskundig oordeel niet klopt of het onderzoek niet goed is uitgevoerd, de rechtbank niet snel tot een ander oordeel zal komen en het beroep ongegrond zal verklaren.
Wil je meer weten over bezwaar maken? Lees dan deze blog.
Uitspraak: ECLI:NL:CRVB:2020:2537