Inhoud bewerken
  • Home
  • Over Mensar
  • Diensten
  • Verzuim/re-integratie
  • Ziektewet/WIA
  • Bezwaar UWV
  • ontslag/vso
  • Blog
  • Downloads
  • Referenties
  • Contact
Inhoud bewerken
  • Home
  • Over Mensar
  • Diensten
  • Verzuim/re-integratie
  • Ziektewet/WIA
  • Bezwaar UWV
  • ontslag/vso
  • Blog
  • Downloads
  • Referenties
  • Contact

blog

Zo zit het met de functieduiding bij de Ziektewet en WIA
Zo zit het met de functieduiding bij de Ziektewet en WIA

De functieduiding is een belangrijk onderdeel van de arbeidsdeskundige beoordeling als je één jaar een Ziektewetuitkering ontvangt of bij een (her)beoordeling voor de WIA. De uitkomst van de functieduiding bepaalt of je recht hebt of houdt op een uitkering. In deze blog leg ik dit proces aan je uit.

Functieduiding

Na de sociaal-medische beoordeling door een verzekeringsarts van UWV worden je mogelijkheden vastgelegd in een functionele mogelijkhedenlijst (FML). Deze gegevens worden samen met gegevens over je opleidingsachtergrond en bijvoorbeeld het wel of niet hebben van een rijbewijs in een intern systeem ingevoerd. Dit systeem heet CBBS, wat staat voor Claimbeoordelings- en Borgingssysteem.

Uit CBBS rollen vervolgens functies (SBC-codes) die aan zouden moeten sluiten op jouw mogelijkheden en belastbaarheid. Deze functies zijn geen vacatures, maar een weergave van het aanbod van functies op de arbeidsmarkt. De arbeidsdeskundige selecteert uit alle functies die uit CBBS naar voren komen drie passende functies met de hoogste uurlonen. Ook worden er meestal enkele reservefuncties achter de hand gehouden. Dit proces noemen we de functieduiding. CBBS bevat zo’n 5800 functies waarvan er ongeveer 1300 op of rond het minimumloon zitten.

 Er mogen fulltime functies geduid worden, ook al werkte je voor de eerste ziektedag parttime. Dit betekent overigens niet dat je fulltime moet werken. 

De functie met het middelste loon wordt gebruikt om jouw arbeidsongeschiktheidspercentage te bepalen. Hiervoor vergelijkt de arbeidsdeskundige het loon van de middelste functie – dit noemen we de mediane loonwaarde – met het loon dat jij voor de eerste ziektedag verdiende. Het loon voor de eerste ziektedag heet binnen de Ziektewet en WIA het maatmanloon. Het verschil tussen het loon van de functie met het middelste loon en het maatmanloon bepaalt jouw arbeidsongeschiktheidspercentage. De arbeidsdeskundige bepaalt tegelijk ook wat je nog zou moeten kunnen verdienen. Dit noemen we de restverdiencapaciteit en die wordt per uur en per maand vastgesteld. Hieronder zie je hoe de berekening er in formulevorm uitziet.

(maatmanloon – restverdiencapaciteit) / maatmanloon x 100% = arbeidsongeschiktheidspercentage

Soms kan een arbeidsdeskundige minder dan drie – of zelfs helemaal geen – functies duiden. In die gevallen is er automatisch sprake van volledige arbeidsongeschiktheid. Je krijgt dan een WGA-uitkering op basis van 80-100% arbeidsongeschiktheid.

Klik hier voor een voorbeeld

Wel of geen recht op uitkering

Leidt de arbeidsdeskundige beoordeling tot een arbeidsongeschiktheidspercentage van 35% of meer? Dan houd je recht op een Ziektewetuitkering of word je toegelaten tot de WIA. Kom je op minder dan 35% uit? Dan beëindigt UWV de Ziektewetuitkering of word je afgewezen voor de WIA. Dit proces geldt ook bij een herbeoordeling. Tijdens een herbeoordeling kunnen er opnieuw functies geduid worden die mede bepalen of je nog recht hebt op een arbeidsongeschiktheidsuitkering.

Lees ook:  Podcast: de (on)zin van re-integratie in spoor twee

Voorbeelden:
Jennifer werkte 37,5 uur per week als winkelmedewerker – dit noemen we de maatgevende arbeid – bij een grote bouwmarkt. Haar maatmanloon is vastgesteld op €13,56 per uur*. Ze heeft een WIA-aanvraag gedaan. Volgens de verzekeringsarts zijn er enkele beperkingen maar is ze fulltime belastbaar. De arbeidsdeskundige houdt rekening met de FML en werkervaring van Jennifer en weet drie functies te duiden. De middelste functie (op basis van uurloon) is de functie van medewerker klantcontact. Aan deze geduide functie hangt een uurloon van €11,02. De arbeidsdeskundige trekt dit uurloon van Jennifers maatmanloon af wat neerkomt op €13,56 – €11,02 = €2,54. Het verschil is 18,73%. Jennifer is dus 18,73% arbeidsongeschikt en heeft geen recht op een WIA-uitkering. Ze is namelijk minder dan 35% arbeidsongeschikt.

Marco werkte voor hij arbeidsongeschikt werd 36 uur per week als projectmanager bij een verzekeraar. Zijn maatmanloon is €22,49 per uur. Marco kan volgens de arbeidsdeskundige zijn oude werk niet meer doen. Ze duidt na een gesprek met hem de functie administratief medewerker met een mediane loonwaarde van €14,62. Het verschil tussen dit loon en Marco’s maatmanloon is exact 35%. Hij is dus 35% arbeidsongeschikt en wordt toegelaten tot de WIA.

* Het maatmanloon wordt gebaseerd op het sociale verzekeringsloon en wijkt af van het bruto uurloon. Het sociale verzekeringsloon is het loon inclusief vakantiegeld, winstuitkering etc.

Het arbeidsongeschiktheidspercentage bevat twee getallen na de komma en mag niet naar beneden of boven worden afgerond. Het kan om die reden voorkomen dat je op basis van bijv. 34,98% arbeidsongeschiktheid voor de WIA wordt afgewezen.

 Een arbeidsdeskundige is geen arts en heeft geen kennis van en inzage in je medisch dossier en kan niets veranderen aan het besluit van de verzekeringsarts. Wel vindt er soms overleg plaats tussen deze partijen als er bijvoorbeeld onduidelijkheid is m.b.t. de functieduiding en belastbaarheid. 

Uiteindelijk ontvang je de arbeidsdeskundige rapportage op papier. UWV stuurt die per post naar je op. Je vindt in de rapportage niet alleen je restverdiencapaciteit terug maar ook de geduide (reserve)functies en de berekening van het arbeidsonge­schiktheidspercentage.

Regels met betrekking tot de functieduiding

De functieduiding is geen willekeurig proces waarbij de arbeidsdeskundige zomaar iets doet. De functieduiding moet namelijk aan bepaalde strikte regels voldoen. Dit is wettelijk bepaald. Zo moet de schatting van de arbeidsongeschiktheid plaatsvinden op basis van reële functies en echt voorkomende arbeidsplaatsen. Daarnaast is bepaald dat iedere functie die voorkomt in CBBS een geldigheidsduur van maximaal twee jaar mag hebben en iedere 18 maanden geactualiseerd moeten worden. De functies die CBBS bevat worden daarom continu herbeoordeeld en geactualiseerd door arbeidsdeskundig analisten van UWV. Is een functie niet voldoende actueel? Dan mag hij niet geduid worden.

Lees ook:  Einde WIA-uitkering: van 100% naar 0% arbeidsongeschikt na bezwaar

Klik hier voor aanvullende en verdiepende informatie

Afhankelijk van de vastgestelde beperkingen kunnen geduide functies even schrikken zijn. Zo schrikken mensen er nog weleens van als er functies geduid worden die zij behoorlijk onaantrekkelijk of niet passend vinden. Vaak geduide functies zijn – onafhankelijk van opleiding of ervaring – productiemedewerker (industrie), horecamedewerker, archiefmedewerker, wikkelaar en snackbereider.

Voor HBO’ers of WO’ers met vastgestelde beperkingen op persoonlijk of sociaal functioneren (rubriek I en II van de FML) kan de functieduiding helemaal schrikken zijn. Bij deze beperkingen kan het werk- en denkniveau van de geduide functies dalen naar MBO- of zelfs VMBO-niveau. Dit kan met betrekking tot het arbeidsongeschiktheidspercentage overigens heel gunstig zijn. Het verschil tussen het maatmanloon en geduide loon kan immers behoorlijk uiteen liggen waardoor het arbeidsongeschiktheidspercentage (flink) stijgt. Dit vergroot de kans op toelating tot de WIA of het behouden van het recht op een Ziektewetuitkering.

Dat functies zijn geduid betekent niet dat je ook naar dit soort functies moet solliciteren. Het staat je vrij om te solliciteren naar andere functies die jij passender of wenselijker vindt. Houd bij het solliciteren wel rekening met de (vastgestelde) beperkingen. Het is een beetje raar als de verzekeringsarts je beperkt op nachtwerk, jij een baan in de nacht aanneemt en vervolgens als gevolg va het werken in de nacht uitvalt.

De WIA en de Ziektewet zijn loondervingsverzekeringen. Ziek zijn of beperkingen hebben heeft bij deze regelingen geen medische maar economische betekenis. Het draait dan ook uitsluitend om (theoretisch geschat) verlies aan inkomen als gevolg van ziekte of gebrek en niet om de gezondheidsomstandigheden an sich.

Juridische duiding

De peildatum van de geldigheid van functies is altijd de datum ‘in geding’. Stel, je doet een melding toegenomen arbeidsongeschiktheid op 4 september en de functieduiding vindt plaats op 3 november, dan is 4 september de peildatum en mogen functies per die datum niet ouder zijn dan 24 maanden. Dit kan bijvoorbeeld bij een bezwaarprocedure gecontroleerd worden door het dossier op te vragen bij UWV. Voor de juristen onder ons die hier te maken mee krijgen: volgens deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep mag de actualiseringsdatum van functies niet na de datum in geding liggen.

Niet eens met de arbeidsdeskundige?

Ben je het niet eens bent met de functieduiding? Dan kun je bezwaar maken. Laat je hier goed over voorlichten, want dit is niet zonder risico!

Was dit artikel nuttig voor je?

Dankjewel voor je mening!

TAGS

Deel dit artikel

Foto van Selwyn Donia

Selwyn Donia

Bevlogen ondernemer @ Mensar • Kennisdeler • Mens en arbeid • Eerste hulp bij (ziekte)verzuim, re-integratie, arbeidsongeschiktheid en sociale zekerheid(srecht)

Foto van Selwyn Donia

Selwyn Donia

Bevlogen ondernemer @ Mensar • Kennisdeler • Mens en arbeid • Eerste hulp bij (ziekte)verzuim, re-integratie, arbeidsongeschiktheid en sociale zekerheid(srecht)

Wellicht vind je dit ook interessant

Abonneer
Laat het weten als er
guest
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

volg mensar op Linked In

Blijf op de hoogte van nieuws, blogs en ontwikkelingen op het gebied van mens & arbeid, arbeidsongeschiktheid en sociale zekerheid(srecht)…