Onder bepaalde omstandigheden kan de rechter een billijke vergoeding toewijzen tijdens een ontslagprocedure. Dit was onlangs het geval bij een tamelijk bijzondere zaak die speelde in rechtbank Limburg. In deze blog leg ik je uit wat er speelde.
Arbeidsovereenkomst
Een vrouw is sinds 16 januari 2017 werkzaam bij Almohandes engines & heavy equipment B.V. in Maastricht. Ze tekende een arbeidsovereenkomst voor de duur van twee jaar. In juni gaat het mis. De werknemer ontvangt geen salaris meer en ze kan ook haar werk niet meer doen. De deuren van het bedrijf zijn namelijk plots gesloten. Er vinden geen werkzaamheden meer plaats. De werkgever lijkt plots van de aardbodem verdwenen te zijn; hij is onvindbaar.
Procedure
De vrouw doet met succes een beroep op een bijstandsuitkering en begint een procedure tegen haar werkgever. Ze eist onder meer dat de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, een transitievergoeding en een billijke vergoeding van €50.000.
Beslissing
Omdat vast staat dat de vrouw geen loon meer ontvangt en ook niet in staat gesteld wordt haar werk uit te kunnen voeren zal de arbeidsovereenkomst worden ontbonden. Dit kan echter niet met terugwerkende kracht en wordt daarom ‘met ingang van heden’ ontbonden. Het verzoek om een transitievergoeding uit te keren wordt afgewezen, het dienstverband heeft namelijk geen twee jaar geduurd. Dat het dienstverband voortijdig is beëindigd als gevolg van het toedoen van de werkgever is in dit verband juridisch niet relevant.
Billijke vergoeding
Tot slot motiveert de werknemer duidelijk waarom zij van mening is dat er een billijke vergoeding moet worden toegekend. Het feit dat de werkgever zonder duidelijke reden is opgehouden met betalen van salaris en de bedrijfsactiviteiten heeft gestaakt zonder dit aan de vrouw te melden – waardoor zij haar werkzaamheden niet kan verrichten – vindt de rechter verwerpelijk en merkt dit aan als ernstig verwijtbaar handelen. Omdat de werkgever geen verweer heeft gevoerd tegen de billijke vergoeding, ook niet op de zitting is verschenen en er sprake is van behoorlijk verwijtbaar handelen wordt de billijke vergoeding door de kantonrechter toegewezen.
Het had de werkgever een hoop geld gescheeld – en het was wel zo netjes naar de werknemer toe geweest – als hij, op grond van bedrijfsbeëindiging, een ontslagvergunning bij het UWV had aangevraagd.
Beschikking: AR-Updates 2018-1242