In onze ontwikkelde samenleving wordt er van je verwacht dat je een gerichte studiekeuze maakt en een vak leert. Zo wordt de één technisch lasser of leraar en de ander advocaat of banketbakker. Als het even kan specialiseer je jezelf en probeer je steeds een stapje hoger op de carrièreladder terecht komen. Maar wat nu als je veel blijer wordt van verschillende banen naast elkaar of door iedere zoveel jaar iets totaal nieuws te doen? Doorgaans vindt men dat vreemd en onverstandig of wordt het gezien als een gebrek aan inzicht in wat je nu echt wilt. Zeker naarmate je ouder wordt. En dan heb ik het nog niet over intercedenten, recruiters en HRM’ers. Die snappen vaak niks van een CV dat inhoudelijk nogal uiteenloopt en hierdoor niet altijd op waarde wordt ingeschat. [1]
Horizontale carrière
Voor mij is deze loopbaan, ook wel horizontale carrière of spiraliserende loopbaan genoemd, heel gewoon en wenselijk. Ik doe mijn hele werkzame leven alles door en naast elkaar en ik geniet en leer hier ontzettend veel van. Zo heb ik gedurende mijn tot nu toe 22 jaar durende loopbaan veel uiteenlopende rollen, functies, bedrijven en activiteiten gehad. Sommige werkzaamheden deed ik kort, andere al 20 jaar.
Mensen die hun loopbaan op deze manier vormgeven worden meestal multipotentialisten of slashies genoemd. Een multipotentialist laat zich het beste omschrijven als iemand met een brede interesse en een flinke dosis leergierigheid. Daarnaast is hij (of zij natuurlijk) in het bezit van een breed scala aan vaardigheden zonder een specifieke passie te hebben voor één werkgebied. Door nieuwsgierigheid, veelzijdigheid en intellectueel vermogen is de multipotentialist in staat om (tegelijk) in meerdere beroepen of werkzaamheden succesvol te zijn of te worden. Wil je meer weten over multipotentialisme, bekijk dan deze Ted-talk.
Modellen
Emilie Wapnick, de geestelijke moeder van het multipotentialisme, beschrijft in haar boek ‘How to be everything’ vier modellen die ik hieronder bespreek en die ze vaak terugziet in de loopbanen van multipotentialisten. Misschien herken je jezelf er in, of misschien wel een vriend of collega.
Hoewel de modellen afgebakend zijn geldt dit niet voor multipotentialisten, die zijn nogal hybride.
Smeltkroesmodel
Het smeltkroesmodel beschrijft de multipotentialist die binnen één organisatie verschillende petten op heeft. Hij laat zich liever niet beperken tot een functieprofiel of een afgebakend takenpakket maar werkt het liefste aan verschillende taken die een beroep doen op zijn interesse of expertise. Dit type multipotentialist voelt zich vooral prettig binnen kleine bedrijven en start-ups waar hij bijvoorbeeld verantwoordelijk is voor de website, marketing, communicatie en innovatieve projecten.
Feniksmodel
Multipotentialisten die passen bij het Feniksmodel storten zich voor een bepaalde periode op een bepaalde functie, interesse of taak. Als ze niet meer worden uitgedaagd of gewoon ‘klaar’ zijn met de materie schakelen ze over en beginnen een nieuwe carrière op basis van een andere interesse. Deze multipotentialisten noem ik zelf cognitieve sprinkhanen. Zo had ik vroeger een klasgenoot die na het behalen van haar diploma ging werken als sportfysiotherapeut. Na enkele jaren begon ze een praktijk voor voedingsadvies en tegenwoordig werkt ze in het buitenland als freelance tekstschrijver. Ze heeft geen enkel beroep langer dan vijf jaar volgehouden.
Einsteinmodel
Het Einsteinmodel is van toepassing op mensen die een (fulltime) baan hebben die voorziet in voldoende inkomen maar in hun vrije tijd volledig opgaan in diverse activiteiten. De vaste baan geeft hen stabiliteit maar de activiteiten in hun vrije tijd geeft ze (nog meer) intellectuele genoegdoening en plezier. Als voorbeeld noem ik een buurman die al sinds zijn afstuderen in de jaren tachtig als maatschappelijk werker werkt maar in zijn vrije tijd op hoog niveau sporttrainingen geeft, grondonderzoek doet en in het weekend optreedt als zanger via een boekingskantoor.
Schuinestreepmodel
De netwerkende multipotentialist die bij het schuinestreepmodel thuishoort combineert het werken in loondienst met een eigen bedrijf, heeft meerdere bedrijfjes naast elkaar of heeft meerdere parttime banen bij verschillende bedrijven. Het model past uitstekend bij iemand die flexibel is en een onafhankelijke en ondernemende geest heeft. Als voorbeeld noem ik een verpleegster die 28 uur in een ziekenhuis werkt, één ochtend in de week in een sportschool yogacurcussen aan zwangere vrouwen geeft en één dag in de week in de bakkerij van haar ouders ambachtelijk gebak en bruidstaarten maakt. Meestal is de eerste schuine streep een baan waar voor geleerd is en zijn de andere strepen interessegebieden die commercieel uitgebuit kunnen worden.
Verrijking
De loopbaan en dus het CV van een multipotentialist kunnen verrassende vormen aannemen, een aaneenschakeling zijn van verschillende banen, projecten en functies en het leven van de persoon in kwestie enorm verrijken. Juist dit laatste staat naast een bepaalde mate van zekerheid in inkomen centraal bij de multipotentialist. We willen vooral leren, beleven, snuffelen en ontdekken en dat steeds weer opnieuw. We vinden het leven te kort voor maar één of twee vakgebieden. Specialiseren is niet wat we willen, wat overigens niet wil zeggen dat er op kennisniveau niet gespecialiseerd wordt. Veel multipotentialisten houden van studeren, lezen en het vergaren van kennis.
[1] Meestal leg ik mensen uit wat multipotentialisme inhoudt. Als je het goed uitlegt begrijpen mensen je kennishonger, je drive, veelzijdigheid en het vermogen om te kunnen schakelen. We zijn niet bang om een nieuwe start te maken, dat doen we immers zo vaak. Multipotentialisme heeft dus niets te maken met een gebrek aan focus maar meer met de behoefte om jezelf in te zetten en te ontwikkelen op een manier die bij jou past.