Als je na 104 weken arbeidsongeschiktheid een WIA-uitkering krijgt toegewezen neemt UWV de betalingsverplichting over van de werkgever, of jouw werkgever moet een loonsanctie van UWV hebben gekregen of eigenrisicodrager zijn. Dan betaalt hij jouw uitkering via UWV. Zolang jouw werkgever je niet ontslaat – wat na 104 weken mag, het opzegverbod geldt nu niet meer – blijf je gewoon in dienst, ook als je niet meer werkt.
Doorgaan met re-integreren
Blijf je in dienst na het toegekend hebben gekregen van een WIA-uitkering en heb je arbeidsmogelijkheden? Dan kan het zijn dat je door moet gaan met re-integreren. Het is een misverstand dat met het eindigen van de loondoorbetalingsverplichting ook de re-integratieplicht stopt. Zolang het oorspronkelijke dienstverband in zijn oorspronkelijke hoedanigheid doorloopt is re-integreren conform artikel 7:658a BW wettelijk verplicht. Re-integreren hoeft niet meer als er een nieuwe arbeidsovereenkomst wordt aangeboden. Er is in juridische zin dan sprake van nieuwe bedongen arbeid.
Slapend dienstverband
Er is sprake van een slapend dienstverband als je een WIA-uitkering ontvangt, niet werkt en dus ook geen loon krijgt maar nog wel officieel in dienst bent bij een organisatie.
Op 8 november 2019 heeft de hoogste rechtbank van ons land – de Hoge Raad – een uitspraak gedaan over slapende dienstverbanden. Werkgevers zijn op grond van het Xella-arrest verplicht een slapend dienstverband te beëindigen als een zieke werknemer hierom vraagt. Het is min of meer verboden om werknemers ‘gevangen’ te houden in een slapend dienstverband tegen de wil van de werknemer in. Veel werkgevers hielden/houden dienstverbanden slapend om geen transitievergoeding te hoeven uitbetalen. Deze ontslagvergoeding blijkt vooral voor kleine werkgevers een behoorlijke aderlating. Daarom komt de overheid werkgevers tegemoet door middel van een compensatieregeling.
Een werkgever mag een verzoek om een slapend dienstverband te beëindigen wel weigeren als er reële re-integratiemogelijkheden zijn. Hier heeft een rechter zich over uitgesproken.
Heb je een slapend dienstverband en vraag je om ontslag? Dan geldt met betrekking tot de transitievergoeding dat de laatste opbouwdag einde wachttijd is. Besluit de werkgever om de arbeidsovereenkomst te beëindigen dan geldt als laatste opbouwdag voor de transitievergoeding de daadwerkelijke ontslagdatum.
Ontslagroutes
Veel werkgevers kiezen ervoor om het dienstverband na 104 weken ziekte met wederzijds goedvinden te beëindigen. Dit is meestal het geval als er sprake is van gering of geen arbeidsvermogen (WGA 80-100%/IVA) of als er geen passend werk voorhanden is. Hiervoor maken zij gebruik van een vaststellingsovereenkomst (VSO). Ga je akkoord met een vaststellingsovereenkomst? Dan heb je twee weken herroepingsrecht. Gedurende deze twee weken kun je de vaststellingsovereenkomst herroepen waardoor hij niet geldig meer is. Je kan van dit recht één keer gebruik maken.
Een andere route naar beëindiging van het dienstverband is een door de werkgever aan te vragen ontslagvergunning van UWV. UWV verstrekt deze ontslagvergunning alleen als de kans klein is dat een werknemer binnen 26 weken na de beslisdatum van het ontslagverzoek herstelt en/of arbeidsmogelijkheden krijgt. UWV zal bij het beoordelen ook kijken of de werknemer herplaatsbaar is. Bij een ontslagvergunning is de werkgever verplicht om een transitievergoeding te betalen. UWV geeft geen ontslagvergunning af voor deeltijdontslag bij langdurige arbeidsongeschiktheid.